De vrije ademhaling

Vanzelfsprekend speelt de ademhaling een  belangrijke rol in Reichiaans Ademwerk. Maar ik denk dat het toch een uitgebreidere bespreking verdient. Wanneer we de ademhaling van een baby observeren zien we dat zijn hele lijfje er aan deelneemt, het is een rustig en ritmisch rijzen en dalen van hoofd tot teen. Er bevindt zich nergens enige weerstand. Wanneer we verder opgroeien kruipt er vaak iets  ́onvrijwilligs ́ in de ademhaling. Er zit ergens een aarzeling in, een terughoudendheid. Soms houden we de adem eerder in en ademen nooit volledig uit. Soms  ademen we  niet volledig in en houden de longen halfleeg. Reich ontdekte dat vrijwel iedereen een spanning in de buik vertoont. Hij merkte op dat zijn clienten de neiging hadden om hun adem in te houden en de uitademing tegen te houden om hun gevoelens te onderdrukken. Bij het waarnemen van de adem werd al snel duidelijk dat elke uiting van een emotie inderdaad via de ademhaling gaat. Denk hierbij aan lachen, huilen, roepen, zuchten en schrikken. Maar vaak is het echter niet meer dan een ademhaling zonder geluid. Het middenrifsegment heeft dan veel weg van een gevangenis. Ook het geheugen is lang niet toereikend bij een emotionele catharsis. Het ligt dus voor de hand dat Reich hier zijn conclusie uit trok, en stelde dat het losmaken van het pantser wat door de ademhaling wordt vastgehouden, het centrale doel van de therapie moest zijn Een vrije ademhaling zorgt er namelijk voor dat emoties ongehinderd door het lichaam kunnen stromen en tot expressie kunnen komen.  Reich begon zijn clienten aan te raken om pantsers tot ontspanning te brengen. Dit was volledig in tegenstelling met de psychoanalytische manier van werken zoals Freud die voorstelde . Volgens Freud was lichamelijk contact sterk af te raden